Op 8 augustus heeft Suzanne Both met succes haar afstudeerwerk voor de NCOI Masteropleiding Onderwijskunde (MEd) verdedigd. De titel van haar Verantwoordingsrapport luidt: ‘Op elkaar kunnen rekenen. Hoe teamleren bijdraagt aan de verbetering van de onderwijskwaliteit’. Het afstudeerwerk is uitgevoerd binnen een zeer sterk gegroeide basisschool. Door de groei was het risico dat de kwaliteit van het onderwijs onder druk kwam te staan en ontstond de noodzaak meer aandacht te schenken aan de verbetercultuur. Er werd onvoldoende effect ervaren van de methode leerKRACHT, en de rekenprestaties namen af. De gedachte was met behulp van teamleren het hoofd te bieden aan de uitdagingen. Er is een mooie reeks activiteiten ondernomen, waaronder een Observatie van rekeninstructies, een Focusgroep met leerkrachten, een Focusgroep met leerlingen, een Observatie van een gezamenlijke lesvoorbereiding, Lesbezoeken met een interview en feedback.
Uit de eerste analyse is gebleken dat de sterke rekenaars meer aandacht zouden moeten krijgen. Aan de hand van een literatuuronderzoek is de gewenste situatie scherper in beeld gebracht. Er zijn verschillende oplossingsalternatieven voorgesteld, en na weging en besluitvorming is verder gewerkt met de implementatie van Teamwork. Daarbij kwamen aan de orde: reflectieve dialoog voeren (zorgen dat inspirerende verbindingssessies plaatsvinden waarin de bevindingen worden gedeeld en waarin de reflectieve dialoog centraal staat), ritmiek bevorderen (zorgen dat de werkwijzen een bepaalde ritmiek krijgen en houden, zodat ze passen bij de ritmiek die er al is), faciliteren (zorgen dat er voldoende aandacht is voor problemen die voortkomen uit vervanging voor de groepen wanneer observatiemomenten worden ingepland) en aandacht geven (zorgen dat de verandering op de agenda’s van overleggen blijft staan en dat communicatie naar het team continue onder de aandacht blijft).
Naar aanleiding van de observaties van de gezamenlijke lesvoorbereiding, observaties van instructies tijdens rekenlessen en een focusgroep van de leerkrachten, zijn de volgende bevindingen geformuleerd: sterke rekenaars krijgen een uitdagende instructie, sterke rekenaars kunnen na een korte instructie zelf aan het werk, sterke rekenaars worden actief betrokken bij de instructie, de instructie voor de sterke rekenaars is aangepast, het verwerkingsmateriaal voor de sterke rekenaars is aangepast, en de sterke rekenaars laten betrokkenheid zien bij de interventie. De vraag is ook: zijn er kinderen uit de middenmoot (zonder rekenverrijking) die aanhaken bij de hogere orde denkopdrachten? De leerkrachten vonden de samenwerking fijn en inspirerend. Het toepassen van het geleerde vonden ze moeilijk maar wel prettig. Bijstellen was niet altijd nodig en het lukte ook niet altijd om dezelfde les uit te voeren. In dat geval zijn er twee losse observaties uitgevoerd. De organisatie van het proces bleek veel regelwerk te zijn, maar er waren in die periode weinig zieken dus veel vervangingsmogelijkheden.
De conclusies van deze aanpak zijn de volgende. Er was sprake van structuur, toepassing en ontwikkeling. Het leek dat er wel een zekere mate van effect van het teamleren zichtbaar was in de dagelijkse lespraktijk. De leerkrachten werkten samen aan de kwaliteit van het rekenonderwijs, voerden dit consequent uit, waar de leerlingen baat bij hadden. De leerkrachten merkten het effect, wat een opstap zou kunnen zijn naar het continue van en met elkaar leren binnen de school.
Als concreet Beroepsproduct is er een brochure gemaakt, getiteld: ‘Teamwork. Van theorie naar praktijk: Niet alleen maar samen’. Daarin wordt een stappenplan voorgesteld, waarmee in het afstudeerwerk op overtuigende wijze goede resultaten zijn behaald. Deze stappen zijn: 1. Ontwerp gezamenlijk een les; 2. De les wordt gegeven en geobserveerd; 3. De les wordt geëvalueerd en bijgesteld; 4. De les wordt voor de tweede keer gegeven en geobserveerd; 5. De les wordt geëvalueerd en de bevindingen worden geformuleerd; 6. De bevindingen worden gedeeld met het team.
Gefeliciteerd Suzanne Both, en veel succes verder. Dank Dr. Martijn van Schaik voor de beoordeling van dit afstudeerwerk en de verdediging.